Gedurende de eerste 6 maanden na een beroerte treedt het meeste herstel op. De revalidatie start al vanaf dag 1 op de dienst beroertezorg.
De logopedist komt een sliktest uitvoeren om te zien in hoeverre je slikfunctie aangetast is. Indien dit het geval is, zal hij of zij oefeningen geven om de functie te herstellen of te verbeteren. Wanneer je spraakstoornissen hebt, zal de logopedist ook oefeningen doen om de spraak te verbeteren.
Bij verlammingen of verhoogde spierspanning is het de kinesitherapeut die oefeningen komt doen. Je wordt zo snel mogelijk gestimuleerd om te bewegen. Het opzitten in de zetel is daarom van groot belang.
De ergotherapeut zorgt ervoor dat je jouw zelfredzaamheid terugkrijgt. Hij of zij zal samen met jou dagdagelijkse zaken oefenen zoals wassen, aankleden, eten, ...
Voor zo’n 60% van de patiënten blijft, na ontslag uit het ziekenhuis, ambulante revalidatie van een kinesitherapeut, logopedist of ergotherapeut vaak nodig. Andere patiënten hebben een intensievere behandeling of opvolging nodig. Zij verblijven dan een tijdje in het revalidatiecentrum van Zele.
Het ontslag wordt in een vroeg stadium besproken met jou en/of jouw familie. Wekelijks komt het hele team samen om jouw situatie te bespreken. Op deze manier kan er een revalidatieplan opgesteld worden op jouw maat. In samenspraak met de revalidatiearts en/of geriater wordt beslist of je naar onze revalidatieafdeling kan of naar de dienst geriatrie moet.
Omgaan met een beroertepatiënt
Als naaste van een patiënt die een beroerte doormaakte, is het niet altijd duidelijk wat je kan doen en hoe je kan helpen.
Hieronder geven we een aantal adviezen die een leidraad kunnen zijn in de omgang met een beroertepatiënt.
- probeer de aangedane zijde zoveel mogelijk te betrekken in de activiteiten
- geef de patiënt tijd om te denken en te doen
- wissel opdrachten af met momenten van rust
- oefen het geheugen, werk met geheugensteuntjes
- breng structuur in de dagindeling en houd je aan deze structuur
- geef voorwerpen een vaste plaats
- vermijd de communicatie niet, maar spreek in eenvoudige, korte zinnen
- neem niet alles uit de handen van de patiënt, maar stimuleer hem/haar om dingen zelf te doen
Het is mogelijk dat de zorg voor de patiënt soms (te) zwaar wordt. Aarzel dan niet om hulp in te roepen.